‘Ik wilde haar niet voor het hoofd stoten, dus ik heb de boodschap geprobeerd een beetje te verpakken’, zei een engineer laatst in een coachgesprek.
‘Maar ze reageerde alsnog heel stug en nu lijkt het wel of we nog verder van huis zijn.’
Het is heel gebruikelijk, om de boel wat te proberen te verzachten, wanneer je een spannende boodschap hebt of negatieve feedback.
Je denkt dan: ‘Ik wil wel de relatie goed houden’, ‘Ik wil niet te direct zijn’, of ‘Ik wil de ander niet kwetsen.’
En wat er eigenlijk onder ligt: ‘Ik wil niet dat deze persoon boos op me wordt.’
Maar het verbloemen van je boodschap werkt vaak juist averechts. Omdat de ander ook niet gek is, en wel aanvoelt dat er een discrepantie zit tussen wat je zegt en wat je eigenlijk vindt of bedoelt.
Zo komt er wantrouwen in de verhouding, en dat is natuurlijk helemaal niet handig.
Er spelen in zulke gevallen een aantal gebruikelijke ideeën, die niet kloppen. Zoals:
- Het idee dat we weten hoe iets voor een ander is
We kunnen het zo goed bedenken, hoe teleurstellend iets voor een ander zal zijn, hoe gevoelig iets zal liggen. We bedenken dit vooral helemaal zelf, in ons eigen hoofd, en geloven vervolgens dat het echt zo zit.
Maar dit zijn alleen maar onze eigen gedachtespinsels.
En daar zijn weer twee dingen niet handig aan: Ten eerste zijn deze spinsels vaak negatief, omdat ons hoofd ons graag helpt door voor te bereiden op problemen:
‘Dit gaat toch niet werken’, ‘Ze gaat dit waarschijnlijk niet snappen’, denk je dan bijvoorbeeld.
Ten tweede kun je er behoorlijk naast zitten, ook als die gedachten zijn gebaseerd op eerdere ervaringen en je de ander heel goed kent.
Het vervelende van het helemaal zelf bedenken, is dat je niet meer echt fris en nieuwsgierig kijkt.
Bovendien, zelfs als je wél helemaal juist zit met je analyse, dan is het nog steeds helemaal niet jouw taak, om zo voor de ander te denken.
Dat we dit toch doen heeft te maken met het volgende idee:
- Het idee dat het onze taak is om voor de ander te zorgen
Het is natuurlijk niet verkeerd om je te bekommeren om een ander.
Maar in een werksetting heb je nu eenmaal jouw eigen rol, met de daarbij horende taken en verantwoordelijkheden.
Neem dus ook jouw eigen beleving en ideeën als uitgangspunt. En niet die van de ander.
Zeg wat je ergens van vindt, waar je last van hebt, wat je graag zou willen, etc.
Is dat voor de ander lastig? Dat mag.
‘Iedereen heeft recht op zijn eigen probleem’ zei een oud-manager van mij altijd.
Als je probeert te voorkomen dat je de ander met een probleem opzadelt, ga je bovendien voorbij aan iets heel wezenlijks: de draag- en veerkracht van de ander. Met al dat zorgen en voor anderen denken, doe je anderen echt te kort.
Je kunt natuurlijk prima heel benieuwd zijn naar beleving en ideeën van de ander. En dit kan jouw zienswijze ook zeker beïnvloeden.
Je kunt altijd vragen: ‘Hoe is het voor jou?’ of ‘Wat vind jij?’.
Maar dan wel vanuit oprechte nieuwsgierigheid, zonder dit zelf in te vullen.
Dan is er nog dit laatste idee dat maakt dat we onze kritische boodschappen liever verpakken:
- Het idee dat het schadelijk voor de relatie is om een negatieve boodschap te brengen
Het tegendeel is waar, en dat weten we allang, getuige spreekwoorden als Zachte heelmeesters maken stinkende wonden, en Angst is een slechte raadgever.
Een relatie houd je goed door helder en eerlijk te zijn. Als je eerlijk bent, ook in lastige situaties, dan bouw je juist vertrouwen op.
Herinner jezelf er dus aan dat je de ‘nare’ boodschap juist brengt om de relatie goed te houden.
Ook al is het spannend, en ook al geeft het jou zelf en de ander tijdelijk wat ongemakkelijke of zelfs negatieve gevoelens.
No pain, no gain, nog zo’n mooie. Je komt er uiteindelijk beter uit.
Geef een reactie